Fragment
In de film reist een jongen heen en weer in de tijd om het geluk van zijn naasten te herstellen. Daar gaat het om, dacht ik. Het verleden draagt een geheime index van wijsheid en liefde in zich, die je blik op de toekomst kan veranderen. Een paar weken na het telefoongesprek kocht ik een auto waarvan de vormgeving me niets deed, maar de symbolische betekenis wel. Ik kocht een roestvrijstalen tijdmachine met vleugeldeuren: een DeLorean. De gelukshersteller uit Back to the Future. Ik zou er met Tanek in rondrijden en vanuit het heden naar het verleden en de toekomst reizen.
Technische beschrijving
De Delorean DMC-12 is laag, breed, hoekig en ongelakt. De vleugeldeuren prikkelen je fantasie. Met zijn rechthoekige koplampen en de platliggende voorruit is hij iconisch voor de jaren tachtig.
Eind jaren zeventig werd de DeLorean Motor Company opgericht door John DeLorean die tot die tijd als vicepresident had gefunctioneerd van de Pontiac fabrieken. Hij had als techneut een geheel eigen visie op het ontwikkelen van auto's, maar kon die ideeën bij zijn toenmalige werkgever niet kwijt. Daarom richtte hij een eigen automerk op, dat aanvankelijk vanuit Detroit opereerde. Maar de fabriek stond in het plaatsje Dunmurry in Noord-Ierland.
In samenwerking met John Delorean ontwierp Giorgetto Giugiaro de DMC-12. Voor het chassis wilden beide heren een nieuwe techniek, de Electric Reservoir Moulding, gebruiken. De patenten hiervan had John DeLorean gekocht. Het doel was om de auto sterker en lichter te maken. Probleem was dat de werking nog niet getest was en later bleek ook nog eens dat het onmogelijk was om een dergelijke techniek voor massaproductie in te zetten.
Omdat het model niet van de grond kwam door motorproblemen, een lekkend chassis en een tal van kinderziektes, riep John Delorean de hulp in van Colin Chapman van de Lotus fabrieken. Deze gooide veel van de oorspronkelijke ideeën over boord en verving deze voor technieken van zijn eigen merk. Zo kreeg de DMC-12 het ruggengraatchassis van de Lotus Esprit. Aan het uiterlijk design van de carrosserie werd weinig veranderd. Het ontwerp moest aan een aantal criteria voldoen: comfort voor lange mensen, John Delorean was zelf zeer lang) een rvs carrosserie, een middenmoter, vleugeldeuren en een fraai uiterlijk. Vrijwel alle DeLorean's hadden een met ongelakte roestvrij stalen platen beklede carrosserie. De topsnelheid van de auto lag op 209 km per uur. Vanuit stilstand naar een snelheid van 100 km/h nam nog geen 10 seconden in beslag.
Toen het ontwerp DMC-12 klaar was voor de productie, moest de fabriek nog afgebouwd worden. Mede door dit soort vertragingen rolde de eerste DMC-12 pas in 1981 van de band. Nog geen twee jaar na aanvang ging de DeLorean Motor Company failliet. John DeLorean kwam in het nauw door de dalende dollarkoers en autoverkoop in de VS en werd bovendien gearresteerd op verdenking van drugssmokkel. Uiteindelijk werd hij wel vrijgesproken, maar voor zijn bedrijf kwam die uitspraak te laat.
Ondanks de korte productieperiode zijn er toch nog 9200 DMC-12’s geproduceerd. Rond 1990 zijn er van de overgebleven onderdelen uit de restvoorraad nog zo'n 30 voertuigen opgebouwd. De Amerikaan Tony Ierardi heeft de ambitie om de productie van de DeLorean DMC-12 opnieuw op te starten. In 2005 heeft hij alle rechten van het merk kunnen bemachtigen.